Positieve prehabilitatie geluiden vanuit Amphia Ziekenhuis

Het Amphia Ziekenhuis in Breda heeft twee jaar geleden de eerste stappen gezet om ook voor urologie, gynaecologie, longgeneeskunde en orthopedie prehabilitatie aan te bieden. We vroegen Tessa Backhuijs (Sportarts) en Elma van den Bemd (Projectleider Prehabilitatie) naar hun eerste ervaring. Tessa en Elma zitten allebei in het projectteam prehabilitatie. Het hele interview lees je hieronder.

Wat was voor jullie de belangrijkste reden om te starten met prehabilitatie?
We merkten dat er een groeiende behoefte was bij de verschillende vakgroepen. Zij wilden graag met prehabilitatie aan de slag, maar we merkte dat ze hier geen ervaring mee hadden. Chirurgie had wel ervaring, maar urologie, gynaecologie, longgeneeskunde en orthopedie niet. “Als sportarts werd ik afzonderlijk om advies gevraagd. Dit is natuurlijk niet efficiënt, als we dat nou centraal organiseren dan maken we het zorgproces eenvoudiger. Toen las ik dat het Radboud voor diverse disciplines prehabilitatie aanbod en toen dacht ik als Radboudumc dat kan dan kunnen wij dat ook!” geeft Tessa Backhuijs aan.

Hoeveel patiënten betreft het in Amphia Ziekenhuis?
We hebben een schatting gemaakt en we verwachten in een jaar 900 patiënten te laten prehabiliteren. Het kan altijd zo zijn dat de ene vakgroep minder of juist meer patiënten heeft. Om een voorbeeld te geven: we hadden prehabilitatie klassiek ingericht. Dit betekent dat wanneer de operatie datum bekend is, we drie weken de tijd hebben om daar naartoe te trainen. Bij longpatiënten redden we drie weken niet, omdat zij binnen twee weken geopereerd moeten worden. Nu melden wij longpatiënten aan voor prehabilitatie zodra de verdenking van een longtumor er is. Onderzoek en prehabilitatie lopen parallel aan elkaar. Als de diagnose wordt vastgesteld dan zijn ze op tijd gestart met prehabilitatie.

“Daarnaast hebben nog een derde smaak toegevoegd. Wanneer de chirurg twijfelt over of de patient fit genoeg is voor de voorgenomen operatie, dan mag de patiënt door middel van het doorlopen van het multimodale prehabilitatie programma bewijzen dat hij/zij fit genoeg kan worden vooraf aan de operatie.” zegt Elma van den Bemd.

Waar liepen jullie in het voortraject tegenaan? Of wat ging juist heel goed?
Zoals gezegd was de behoefte vanuit de vakgroepen groot. We hadden in die zin de wind mee, omdat ze stonden te popelen om te starten. Onze Raad van Bestuur steunde ons ook enorm in dit project. We denken dat ons voordeel is geweest dat we mochten starten zonder hele strikte kaders. We probeerden, stelden bij en verbeterden het gehele traject. “Dat vind ik zelf als projectleider redelijk uniek. Ik heb ook andere projecten gedaan waarin meteen in beton gegoten is wat de plannen en uitkomsten moeten zijn. Hier krijgen we wat meer vrijheid om het te ontdekken. Het tempo was hierdoor erg hoog!” geeft Elma aan.

Voor het Amphia Ziekenhuis was het een uitdaging om alle vakgroepen aangehaakt te houden. Je merkt dat zorgprofessionals vaak gewend zijn om iets te organiseren binnen het eigen specialisme en dit project is overkoepelend. De specialismes zien elkaar vrijwel nooit, en nu wel. Dat maakt het uniek, maar dat betekent wel dat de communicatie erg belangrijk is. Wij proberen dat zo uniform mogelijk te organiseren om te voorkomen dat we te veel werkwijzen krijgen.

Wat zijn de eerste resultaten?
Twee weken geleden hebben we een evaluatie gehad met de groep die gestart is en de groep die in juli gaat starten. We horen hele positieve en tevreden geluiden, met natuurlijk ook aandachtspunten. We zagen voornamelijk hele blije dokters zitten.

De urologen gaven terug dat een aantal patiënten waar zij vóór de operatie zorgen over hadden, de operatie verrassend goed hebben doorstaan. Het enige waar ze dat aan kunnen wijten is het prehabilitatie programma. De eerste signalen zijn positief.

Wat willen jullie andere ziekenhuizen meegeven?
Onze aanpak gaan we wetenschappelijk evalueren, andere ziekenhuizen kunnen nalezen hoe wij het aangepakt hebben. Maar het belangrijkste voor nu: laat je niet ontmoedigen en heb geduld. Als je het mag doen op de manier zoals wij het hebben gedaan: ga er dan voor! Dit is een mooie manier om te leren wat werkt. Vooral voor de vakgroepen waar nog niet zo veel wetenschappelijk bewijs voor is. Prehabilitatie is logisch, maar toch moeten we met z’n alle strijden om prehabilitatie als standaard zorg te maken in Nederland.

Welke verwachtingen hebben jullie voor de toekomst? Waar zien jullie nog verbeteringen in?
Wij verwachten dat we het voor nog meer aandoeningen gaan aanbieden. Het zou natuurlijk heel mooi zijn als je ook mensen kan laten prehabiliteren die niet worden opgenomen voor een ingreep, dus bijvoorbeeld dagbehandeling. Als we het mogen starten voor patiënten waar de ligduur korter is zou dat een mooie tussenstap zijn.

Een andere droom is ook dat de cirkel rond wordt en daarmee bedoelen we dat we patiënten niet loslaten nadat ze geopereerd zijn. We moeten zorgen dat ze de nieuwe gezondheidsvaardigheden vasthouden, ook als het goed gaat moet het onderdeel zijn van iemands leven.